Over de onzichtbare rol van vrouwen bij de grote ontdekkingen in het Oude Egypte
De titel is misschien niet veelzeggend, maar de ondertitel — The Untold Story of Women Egyptologists in the Gilded Age — laat het hart van de passievolle liefhebber van het Oude Egypte toch een tikje sneller kloppen. Geen spannende roman in The Mummy-stijl, wel uitermate boeiende en toegankelijke non-fictie over de rol van vrouwen bij het ontstaan van de Egyptologie als wetenschappelijke discipline.
Kathleen Sheppard zet zeventien avontuurlijke vrouwen uit de jaren 1850-1940 in de schijnwerpers. Ondanks hun cruciale bijdragen werden ze vaak werden opzijgezet en 'vergeten' terwijl mannen geroemd werden voor hun ‘ontdekkingen’.
Oorspronkelijk waren het ongehuwde Engelse vrouwen uit gegoede kringen, die, verbonden door vriendschap, geïnspireerd werden door reisverslagen van schrijfsters als Sophia Poole en naar Egypte trokken op zoek naar exotiek en naar genezing voor mentale of fysieke kwaaltjes. Maar algauw groeide hun passie voor de geschiedenis van het land en namen zij de organisatie van de archeologische vondsten en van de kennis over het Oude Egypte in handen. Het waren de vrouwen die de objecten beschreven, tekenden en fotografeerden; reliëfs reproduceerden; geschriften catalogiseerden; sponsors zochten voor het financieren van de opgravingen; de administratie en correspondentie verzorgden; lezingen gaven; collecties beheerden en cursussen ontwikkelden. Zo bouwden zij de fundamenten van de Egyptologie als academische discipline. Sommige kregen uiteindelijk zelfs toestemming om zelf op te graven of stichtten belangrijke instellingen zoals de Egypt Exploration Society.
De verhalen van Amelia Edwards, Margaret Murray, Myrtle Broome en veertien andere Engelse en Amerikaanse vrouwen tonen hoe zij, ondanks formele uitsluiting, de échte pioniers van de Egyptologie waren. Zonder hun werk achter de schermen zou de discipline niet zijn wat ze nu is.
Het boek leest als een mozaïek van reisverslagen, biografieën, dagboeken en brieven. Af en toe lijkt de chronologie wat warrig of lijkt Sheppard in herhaling te vallen bij de intro over elke vrouw, maar dat is dan wellicht om het onderlinge netwerk tussen deze vrouwen voor de lezer te verduidelijken.
Aansluitend volgen zo’n veertig pagina’s voetnoten, gebaseerd op grondig onderzoek. Sheppard beschikt immers over een master in Egyptologie én een master én doctoraat in de geschiedenis van de wetenschap, wat haar analyse zowel academisch onderbouwd als toegankelijk maakt.
Interessante leesvoer dus waaruit vooral een zin blijft hangen:
Women were, in fact, the reason that any of the ‘Great Men’ of Egyptology were able to be ‘Great’ at all! 😉