Een familiekroniek over keuterboeren in een smakelijk taaltje

Louis van Dievel, VRT-journalist en schrijver, trok als jong adolescent de deur achter zich toe en had jarenlang geen contact met zijn heimat. Maar met het ouder worden, bleek het toch wat te kriebelen. Hij ging op zoek naar zijn roots in de Duivelshoek bij Bonheiden en maakte daarbij dankbaar gebruik van de familiestamboom die achternicht Alma 10 jaar lang over de Van Dievelclan bij elkaar had gezocht.

In dit boek vertelt de auteur de 400 jaar lange geschiedenis van zijn voorouders. Het eerste deel (1600 – 1850) is ‘gedeeltelijk verzonnen’; VD verweeft er namelijk zijn eigen stamboom met de echte geschiedenis van Bonheiden en Mechelen. Vanop de eerste rij maak je de strijd mee van de eenvoudige keuterboer tegen ziekte en geweld en zijn trieste pogingen om zich uit de armoede op te werken. Het tweede deel, van halverwege de 19^e tot het begin van de 21^e eeuw, is ‘danig opgesmukt’, alhoewel er over de Van Dievel herenboeren van die tijd wel heel wat documenten beschikbaar zijn. In het derde deel wordt de chronologische opbouw ingeruild voor sterke verhalen over lokale helden en minder fraaie figuren.

Van Dievel is een geboren verteller, dat merk je aan zijn smakelijk taaltje. Zelf noemt hij zijn boek een documentaire roman, die hij schreef om de lezer ‘te laten genieten van een familiekroniek van eenvoudige boeren’.