Een kennismaking met de Noorse staafkerken.
In het afgelegen Noorse dorpje Butangen droomt de jonge Astrid Hekne van een leven dat meer is dan op de boederij werken en kinderen baren. Ze werkt in het huishouden van de nieuwe dominee Kai Schweigaard. Die brandt van ambitie en wanneer de koude van de oude staafkerk slachtoffers eist, is hij vastbesloten om een nieuwe kerk te bouwen. Daarvoor komt de student-architect Gerhard Schonauer van Dresden naar Butangen. Maar in de kerk hangen de befaamde zusterklokken, genoemd naar voorouders van Astrid en zij beschermen het dorpje en de kerk.
Dit is een heel atmosferische historische roman waarbij Mytting treffende beschrijvingen weet te geven van het Noorse landschap. Ook de plaatselijke mythes, legenden en het bijgeloof komen aan bod. Net als het harde leven in het dorp waar de tijd is blijven stilstaan.
Het verhaal wordt verteld vanuit Astrid en de twee mannen die ze tegenkomt, Kai en Gerhard. Astrid droomt van een leven buiten Butangen, maar tegelijk wil ze de oude kerk en dan vooral de zusterklokken beschermen tegen afbraak.
Er zijn maar weinig staafkerken meer in Noorwegen en dit boek heeft me echt geïntroduceerd tot hun bestaan. Wat een prachtige gebouwen zijn dat!
Hoewel dit boek echt goed geschreven is met een originele levensechte setting miste ik toch iets om het 5-sterren te geven. Misschien omdat het ergens ook wel wat voorspelbaar is qua plot. Mytting had iets gedurfdere keuzes kunnen maken op dat vlak denk ik.
Dit is het eerste boek van een trilogie en ik ga het volgende boek wel lezen. Omdat het eens wat anders is qua setting en dat vind ik wel fijn.
Synopsis
In 1880 probeert een jonge vrouw in een Noors dorpje bedreigde kerkklokken te redden.