Ijskoud, beklemmend, en toch verrassend menselijk
Na Hildur, waarin rechercheur Hildur Rúnarsdóttir voor het eerst haar stem krijgt en we kennismaken met het mysterie rond haar verdwenen zusjes, is dit het tweede deel van een trilogie. (Om de onderliggende verhaallijn en Hildurs persoonlijke zoektocht ten volle te begrijpen, raad ik aan om eerst Hildur te lezen)
In het afgelegen noordwesten van IJsland wordt een zakenman neergeschoten op een skipiste. Kort daarvoor stort een vliegtuigje neer bij Reykjavik. Rechercheur Hildur Rúnarsdóttir en haar Finse collega Jakob Johanson proberen de verbanden te ontrafelen, terwijl Hildur onverwacht een spoor ontdekt naar haar verdwenen zusjes – een jeugdtrauma dat haar nooit heeft losgelaten.
Wat deze thriller bijzonder maakt, is de sfeer: de beschrijvingen van het ruige IJslandse landschap zijn adembenemend, maar ook beklemmend. De natuur is even meedogenloos als de mensen die er wonen. Het dorpsleven wordt raak neergezet: gesloten, geruchtengevoelig en soms verstikkend. In die omgeving probeert de Finse stagiair Jakob zijn hoofd boven water te houden en zijn eigen demonen te bedwingen – en dat doet hij onder andere door te breien. Dit is voor hem een vorm van zelfzorg én een knipoog naar de IJslandse traditie waarin breien symbool staat voor verbondenheid, veerkracht en overleven.
In deze trage, sfeervolle thriller draait alles om verlies, herinnering en overleven. Zelfs Belgische pralines—gekocht in Brugge door een malafide personage—krijgen betekenis: als symbool van decadentie tegenover het sobere, weerbarstige IJslandse bestaan.
Dit is een verhaal dat langzaam onder je huid kruipt. De ware spanning zit niet in de plot, wel in de mensen. Geen thriller die je opjaagt—wel een die je bijblijft.
Synopsis
In IJsland wordt een rijke zakenman op een skipiste neergeschoten. Een week eerder komt een piloot om het leven na een vliegtuigcrash nabij Reykjavik. Rechercheur Hildur en haar partner Jakob onderzoeken deze mysterieuze gebeurtenissen.